De totale inflatie in de eurozone blijft nog lange tijd hoger dan de doelstelling van de Europese Centrale Bank. Wel daalt komende kwartalen de energie-inflatie. Dat blijkt uit onze laatste onderzoek. We houden rekening met 2,8% inflatie in 2024 en stellen dat de ECB het inflatiedoel voor de middellange termijn niet zal halen.

Volgens de ECB is de inflatie in 2025 weer teruggezakt naar 2%. We voorzien een ander scenario. “We moeten leren leven met structureel hogere inflatie dan we voor de pandemie gewend waren”, zo stelt Johan Geeroms, onze Directeur Risk Underwriting Benelux. “Vooral door de normalisering van de energieprijzen daalt de inflatie, maar de vraag is: tot welk niveau? Momenteel zijn we aan het evolueren van energie- naar voedselprijsinflatie. In Nederland steeg de inflatie in januari weer, zo meldde het CBS. En ook in kernlanden als Duitsland, Frankrijk en Spanje valt de inflatie hoger uit dan verwacht. Dat zal weer extra druk op de ECB zetten. Onze researchafdeling heeft de structurele factoren onder de loep genomen die inflatie aanjagen dan wel afremmen. Onze conclusie: de kracht van remmende factoren neemt af en de aanjagers worden juist sterker.”

Naast cyclische (conjuncturele) oorzaken gaat de inflatie ook omhoog of omlaag door structurele factoren. Zo is de inflatie de afgelopen 15 jaar niet alleen afgeremd door de lage rente, maar ook door structurele factoren als globalisering en vergrijzing. Die afremmende trend is gekeerd.

Wij zien nu vijf structurele factoren die de inflatie juist opjagen. De effecten hiervan zijn geleidelijk maar jaar op jaar drijven ze de inflatie op. Dat kan oplopen tot een procentpunt per jaar.

 

  1. DEMOGRAFIE
  2. DECARBONISATIE
  3. DEGLOBALISERING
  4. SCHULDEN
  5. DIGITALISERING
Het aanbod van arbeid afneemt (demografie). Hierdoor stijgt de loondruk. Ook stijgen kosten door maatregelen om CO2 terug te dringen (decarbonisatie). Door de wereldwijde problemen in de toeleveringsketens zien we dat bedrijven dichter bij huis oplossingen gaan zoeken (deglobalisering). Ook dat zorgt voor hogere kosten. Verder voorzien we dat bedrijven door slim gebruik van data (digitalisering) hun prijszettingsvermogen kunnen versterken, met prijsopdrijving als gevolg. Tot slot hebben ook de oplopende schulden een inflatoir effect. De geldontwaarding kan bedrijven en particulieren aanmoedigen om extra schulden aan te gaan. Een ongewenst effect dat centrale banken zullen bestrijden met hogere rentes.
Het effect van al deze inflatoire trends kan door beleid en economische ontwikkelingen worden beïnvloed. Zo kan de teruggang van de beroepsbevolking bijvoorbeeld worden opgevangen door tegenmaatregelen. Overheden kunnen fulltime werk stimuleren ten koste van parttime werk. Zo kun je bij alle factoren die we noemen ontwikkelingen bedenken die het inflatoire effect versterken of verminderen. Neem deglobalisering, en vooral de ontkoppeling met China, dat hangt sterk af van de geopolitieke omstandigheden. Maar dat de inflatie weer terugzakt naar een niveau van 2% in 2025 zien wij niet gebeuren.