In sneltreinvaart werd in 2020 het thuiswerken ingevoerd. Nu het coronagevaar onder controle lijkt, gaan veel werknemers weer ‘gewoon’ naar het werk. De dagelijkse file-berichten zijn weer vanouds. Voor een deel is thuiswerken door werkgevers teruggedraaid, maar ook werknemers liepen tegen grenzen op. Onze researchafdeling onderzocht de belangrijkste bezwaren in Duitsland, Frankrijk en Italië.

We hebben twee onderzoeken uitgevoerd, na de eerste coronagolf in 2020 en na de tweede coronagolf in 2021. We peilden hoe werknemers het thuiswerken na de eerste en na de tweede golf hebben ervaren. In alle drie de landen steeg het aantal werknemers dat na de tweede coronagolf aangaf niet thuis te kunnen werken. Na de eerste golf gaf 25% dit aan, na de tweede golf 30%. Het aantal werknemers dat bezwaren ervaart verdubbelde na de tweede golf.

Het lijkt erop dat de welwillendheid tijdens de eerste golf groter was. Tijdens de tweede golf groeide het bewustzijn over de nadelen die zich bij thuiswerken voordoen. De belangrijkste bezwaren die werknemers noemen zijn: het gemis aan sociaal contact, gebrek aan netwerkmogelijkheden, beperkte IT-omgeving, vervaging van de grens tussen werk en privé en gebrek aan werkruimte.

Verder valt op dat vooral vrouwen (moeders) aangeven moeite hebben om huishoudelijke taken te combineren met werkverantwoordelijkheden. Ze hebben het gevoel constant ‘aan’ te staan. Uit onze onderzoekscijfers blijkt dat meer vrouwen dan mannen vanwege zorgtaken inactief was tijdens het thuiswerken. Blijkbaar is thuiswerken geen ‘one size fits all’-oplossing, zo concludeert onze researchafdeling.

Volgens eerdere onderzoeken heeft thuiswerken geen nadelige invloed op de productiviteit. Ons onderzoekt nuanceert dat beeld. Beleidsmakers en werknemers zullen bij het ontwerpen van toekomstige werkvormen rekening moeten houden met de bezwaren die werknemers ervaren bij het thuiswerken.